In het academisch jaar 2008/2009 verzorgde Hans Anten onderwijs in de bacheloropleiding Nederlandse taal en cultuur en in het masterprogramma Nederlandse literatuur.
NB: In blok vier had Hans Anten onderzoeksverlof
Inleiding literatuurwetenschap
In het eerste blok geeft Anten deze cursus, waarin de student kennismaakt met literatuurwetenschap vanuit een grensoverschrijdend perspectief dat de internationale, interdisciplinaire en intermediale dimensies van literatuur belicht. Tijdens de cursus zullen analytische, historische en interpretatieve vaardigheden aan de hand van een aantal centrale concepten uit de literatuurwetenschap aangeleerd worden. Tevens wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste richtingen, scholen en ontwikkelingen binnen het vakgebied. Voor de toepassing van opvattingen en concepten staat dit jaar The Raw Shark Texts centraal, de opzienbarende young man novel waarmee de Engelse mediakunstenaar Steven Hall in 2007 debuteerde.
Actuele literatuur
Deze casuscursus (blok 1) is dit jaar geheel gewijd aan poëzie. Beoogd wordt de deelnemers inzicht te geven in opbouw, structuur, visie en gedachtegoed van zes recent verschenen Nederlandstalige dichtbundels. De bundel die in het college van Anten belicht wordt, is Bres (2007) van Leonard Nolens. Voor deze omvangrijke bundel ontving de vermaarde Vlaamse dichter de VSB Poëzieprijs 2008, de belangrijkste poëzieprijs in het Nederlandse taalgebied met onder anderen Hugo Claus, Gerrit Kouwenaar en Rutger Kopland als eerdere laureaten.
Erfgoed I
Deze mastercursus heeft een tweeledig doel: het uitbreiden van de belezenheid in de moderne Nederlandse literatuur en de kennismaking, aan de hand van toonaangevende studies, met de belangrijkste benaderingswijzen bij het bestuderen van de Nederlandse literatuur uit de periode 1800-1900. Het college dat Hans Anten met Wilbert Smulders geeft in blok 1 staat in het teken van literatuurgeschiedenis, realisme, naturalisme en decadentie. Het zijn onder meer de roman Noodlot van Louis Couperus en het opstel 'Socialisme' van Lodewijk van Deyssel die bestudeerd worden in relatie tot de studie van M. Calinescu, Five Faces of Modernity. Modernism, Avant-garde, Decadence, Kitsch, Postmodernism.
Literaire teksten: analyse en interpretatie
In blok 1 wordt deze cursus voor tweedejaars neerlandici gegeven door de drie afdelingen letterkunde. Ze beoogt te leren hoe men een literaire tekst systematisch analyseert en verantwoord interpreteert. Reflectie op de esthetische ervaring bij het lezen van literatuur is een nevendoel. In het gedeelte dat verzorgd wordt door de afdeling Moderne letterkunde staat het epische gedicht Tempel en kruis uit 1939 van H. Marsman centraal. De 51 gedichten van deze bundel worden gedurende drie weken in drie werkcolleges per week afzonderlijk en in relatie tot elkaar geanalyseerd op taalkundig, poëtische en narratief niveau. Een te schrijven nota met daarin opgenomen onder meer een overall-interpretatie van een toegewezen fragment in relatie tot het hele gedicht, waarbij de literair- en cultuurhistorische context betrokken dient te worden, vormt de afsluiting van deze cursus.
Schrijven en presenteren
In blok 2 geeft Anten deze cursus aan studenten Taal- en Cultuurstudies. Gedurende een intensief parcours met twee werkcolleges per week leert men op een begrijpelijke en toegankelijke wijze onderzoeksresultaten te presenteren aan verschillende doelgroepen. Het optimaliseren van schrijfvaardigheden en presentatievaardigheden is een kerndoel van de cursus. Tevens maakt men kennis met de zes wetenschappelijke disciplines die onder Taal- en Cultuurstudies vallen en met de onderzoek- en rapportagemethodes die in deze vakgebieden worden gehanteerd. De wetenschappelijke artikelen waarover men een mondelinge presentatie houdt en een leesverslag plus een populair-wetenschappelijke versie schrijft, bestrijken 1. onderzoek naar media, cultuur en maatschappij, 2. communicatiekundig onderzoek, 3. letterkundig onderzoek, 4. taalkundig onderzoek, 5. historisch onderzoek en 6. kunsthistorisch onderzoek. De cursus wordt afgerond met het uitvoeren van een kleinschalig onderzoek waarover men een mondelinge presentatie houdt en een verslag schrijft.
Modernisme
Dat is het onderwerp van de casuscursus die Anten in blok drie geeft. Met die term wordt een veelheid aan verschijnselen aangeduid die met betrekking tot de literatuur te relateren zijn aan uiteenlopende scholen, stromingen, bewegingen en periodes. Aan de hand van een omvangrijk corpus Nederlandstalige en buitenlandse secundaire literatuur zal in deze cursus onder meer worden ingegaan op de wijze waarop in de Nederlandse literatuurgeschiedschrijving het modernisme gepresenteerd wordt. Ook zal worden belicht hoe verschillende deelnemers in het literaire veld van het interbellum in hun kritisch werk betekenis gaven aan de begrippen modern, moderniteit en modernisme. Vanzelfsprekend komt de primaire literatuur ook aan bod. Verschillende voorbeelden van modernistische literatuur zullen tekstueel en contextueel worden geanalyseerd en geinterpreteerd. Teksten van onder anderen Carry van Bruggen, Menno ter Braak, Martinus Nijhoff, F. Bordewijk, Constant van Wessem , Theo van Doesburg en de nagenoeg onbekende Jo Otten staan op het programma.